Nederland – gidsland in drugsbeleid?

De discussie over het drugsbeleid zit al decennia op slot. Voor- en tegenstanders van veranderingen vinden elkaar zelden. Dit is aan het veranderen.

Deze blog is met toestemming van de auteur geplaatst, het origineel staat op de website van NRC.

 

Greetje Bos, voormalig officier van Justitie en nu wethouder Leefbaarheid en Wijkveiligheid in Breda, heeft een amendement op het VVD-verkiezingsprogramma over ondermijning gemaakt. Onderdeel van haar integrale aanpak is om „softdrugs gereguleerd te legaliseren”. Op 9 december wordt een keuze gemaakt tussen alle amendementen. Op 12 december beslist de VVD-ledenvergadering.

Greetje Bos is niet tegen repressie – net als de meeste voorstanders van regulering/legalisering – maar is realistisch over de pretenties van de War on Drugs: „Ik stel vast dat de afgelopen 100 jaar heeft bewezen dat het strafrechtelijk model de benzine in de motor van het verdienmodel is geweest.” Daarom pleit zij voor legalisering van de softdrugs.

Afgelopen week heeft de United Nations Commission on Narcotic Drugs cannabis geschrapt uit internationale verdrag inzake verdovende middelen. Nederland stemde voor.

In Pact voor de Rechtsstaat wordt – naast versterking van de repressie – gepleit voor het vinden van „een evenwicht tussen aanbodvermindering (supply reduction), vraagvermindering (use reduction) en schadevermindering (harm reduction)”. Vraagvermindering kan door drugsgebruik onderdeel te maken van publiekscampagnes zoals alcohol en tabak. Door het verhogen van de ouderbetrokkenheid, het bieden van een veilig en gezond schoolklimaat en aanbod van georganiseerde vrijetijdsbesteding voor jongeren door lokale culturele instellingen en sportclubs.

Schadevermindering heeft een sterke traditie in ons drugsbeleid. Nederland is altijd de motor geweest achter succesvolle interventies als spuitomruil, methadonverstrekking, gebruiksruimtes en decriminalisatie. Binnen deze pragmatische aanpak staat het verbeteren van de gezondheid en leefomstandigheden van middelengebruikers voorop. Dit zonder morele druk uit te oefenen op gebruikers. Schadevermindering houdt ook het ondersteunen van middelengebruikers die willen stoppen in. Continuïteit van zorg is daarbij belangrijk. Nederland is al decennia internationaal een gidsland voor harm reduction-projecten.

Bestuurskundige Pieter Tops en journalist Jan Tromp stellen in hun Volkskrant-artikel Hoeveel drugsleed wil Nederland nog tolereren? dat „de nationale overheid [zich] moet voorbereiden op gecontroleerd drugs legaliseren”. Zij zoeken naar „meer gemeenschappelijkheid in het drugsbeleid”. Onderdeel daarvan zouden begrippen als use reduction (ontmoediging) en harm reduction (gezondheidszorg) moeten zijn. Zonder een afgewogen discussie echter blijven „de juridische krachten van de strafvervolging een even hardnekkige als vergeefse strijd voeren”. Daarom moet iedereen „uit zijn schuttersputje” komen.

Cannabis is inmiddels een verdienmodel geworden in de legale economie. Dat is ook de Nederlands-Britse levensmiddelengigant Unilever niet ontgaan. Unilever tekende onlangs een contract met het Canadese bedrijf Neptune Welness, om te investeren in CBD op de Noord-Amerikaanse markt. Neptune is ook een grote speler ‘in de wiet’.

In een aantal Amerikaanse staten is wiet gelegaliseerd en ook in Canada mogen bedrijven zich legaal richten op de productie van cannabis. Landen worden over het algemeen steeds toleranter over de positieve effecten van marihuana. Investeerders richten zich dan ook op de handel in cannabis-aandelen. Er bestaan grote verwachtingen.

Normalisering van drugs beperkt zich niet tot cannabis. De Denktank MDMA-Beleid brengt vorige week een rapport uit waarin wordt bepleit om het xtc-beleid „drastisch aan te passen”. De verkoop van legaal geproduceerde xtc is de beste manier om de problemen rondom deze drugs aan te pakken. Drugscriminaliteit moet tegelijkertijd óók harder worden aangepakt. Een gecombineerde aanpak, waarbij de productie en de verkoop van xtc wordt gereguleerd, de kwaliteit van xtc wordt bewaakt, de misdaad harder wordt aangepakt en het gebruik beter wordt gemonitord zal leiden tot minder gezondheidsschade, minder consumptie per gebruiker, minder criminaliteit en minder milieuschade.

Maar laten we realistisch blijven. Nederland mag dan internationaal gidsland zijn in de wereld van harm reduction maar de financiering daarvan wordt door minister Sigrid Kaag (Buitenlandse Handel, D66) op 1 januari 2021 uit de begroting geschrapt. Ondanks een oproep van 330 organisaties uit 95 landen om de steun aan het internationale veld van harm reduction en drug policy voort te zetten. Hoe ironisch is dat in het licht van het nieuwe denken in Nederland? De genuanceerde pleidooien van Tops en Tromp vinden in de ondermijningspraktijk nog niet echt ingang. Nog altijd domineert daarin de meer repressieve aanpak. Het Trimbos- Instituut en de Nationale Politie namen deel aan de Denktank MDMA-Beleid maar nemen afstand van de conclusies.

Het drugsbeleid is in eerste instantie een politiek vraagstuk. Het VVD-amendement kan een volgende stap zijn, net als het D66-standpunt over ‘streven naar genot’ dat is. En pleidooien van GroenLinks voor regulering van mdma. Stemmen uit de professionele praktijk van de rechtshandhaving zowel van burgemeesters, officieren van Justitie als van politie kunnen dit politieke proces verder vormgeven.

Your content goes here. Edit or remove this text inline or in the module Content settings. You can also style every aspect of this content in the module Design settings and even apply custom CSS to this text in the module Advanced settings.